Tijd voor fabel en verbeelding: het is poëzieweek! Na al dat (proza)geweld van de afgelopen weken biedt poëzie – en muziek natuurlijk – een goed tegenwicht. “Poëzie is de geestelijke toevlucht van de verstandigen”, zei wijlen Gerrit Komrij ooit.
De organisatie heeft dit jaar flink uitgepakt om een groter publiek te trekken: naast diverse plaatselijke activiteiten was er een poetry slam en de week wordt woensdag afgesloten met een heus gedichtenbal.
Tijdens de Poëzieweek krijgt men bij elke gekochte gedichtenbundel het speciaal voor de gelegenheid vervaardigde Giro Giro Tondo van Ilja Leonard Pfeijffer cadeau. Het is een sonnettenkrans, een stijlfiguur waarbij elke eindregel de beginregel vormt van het volgende gedicht. De naam is ontleend aan een Italiaans kinderliedje, zoals Pfeijffer bij Nieuwsshow vertelde. En het thema is – uiteraard – gerelateerd aan het thema van de Poëzieweek (‘Met zingen is de liefde begonnen’).
Pfeijffer is misschien het bekendst van de roman La Superba waarvoor hij in 2014 de Libris Literatuurprijs kreeg, maar debuteerde in 1998 als schrijver met een gedichtenbundel. In 2003 verscheen van hem Het geheim van het vermoorde geneuzel, een bundeling van eerder in dagbladen en tijdschriften verschenen beschouwingen over poëzie. Dat boek werd in literaire kring niet onverdeeld gunstig ontvangen.
Giro Giro Tondo is een luisterboek. Je moet de gedichten – vijftien in totaal – eigenlijk door Pfeijjfer zelf horen voordragen. Op de site van Poetry International staan een aantal audio-bestanden met door Pfeijffer voorgedragen sonnetten uit de bundel.
Het negende sonnet staat daar niet bij. Bij deze:
We scheppen wie ons liefheeft naar ons beeld
en willen dat ze daarop ook gaat lijken.
Ik heb getracht je naar mijn maat te ijken
tot boezemvriend die met me paarden steelt.De laatste samoerai is ooit gevallen.
De laatste cowboy had een weg te gaan.
Motoren grommen als de zin van waan.
Verhitte hengsten snuiven in de stallen.De ruitenvrouw blaast hartjes op het raam.
De hartenvrouw liegt dat het zal beginnen
en elke derde vrouw vraagt mij haar naam.Ze zuigt op fiches die ik nog moet innen
en wil niet dat ik mij voor verten schaam.
In wolken valt een wereldrijk te winnen.